Omgevingsmanagement binnen gemeenteland

Welke obstakels kom je tegen bij partijen waar OM nog onbekend is?

Buiten de grootste vier is omgevingsmanagement op gemeentelijk niveau echt een nieuw vak. Bart Gerrits (VINU) vertelt aan de hand van zijn ervaringen bij het stationsgebied Hilversum en de Leidse Ring hoe hij invulling geeft aan deze nieuwe rol, welke obstakels hij daarbij tegenkomt en wat het uiteindelijk de projecten en haar omgeving oplevert.

Transcript aflevering:

Carlijn: Welkom bij een nieuwe aflevering van omgevingsmanagement de podcast. Mijn naam is Carlijn Bergshoeff en vandaag ben ik op bezoek bij Bart Gerrits. Hoi Bart.

Bart: Hoi Carlijn.

Carlijn: Wil je wat meer vertellen over jezelf?

Bart: Zeker, mijn naam is Bart Gerrits, welkom in Leiden. We zijn bij VINU. Hier werk ik nu een jaar of vier en ik werk bij VINU als project- en omgevingsmanager, maar de podcast zegt het ook al, veel meer dan omgevingsmanager: daar legt mijn liefde en mijn passie.

Carlijn: Dat kunnen mensen niet zien, maar je kijkt wel echt heel blij als je dit vertelt. Wat maakt dat omgevingsmanagement je passie is?

Bart: Nou, ik vind het altijd heel gaaf om over dingen te vertellen, over plannen en projectgebieden. Ik vind het heel gaaf om te luisteren naar mensen, wat mensen beweegt, de plek waar ze wonen, waar ze om geven. Ik vind het heel gaaf om te kijken hoe je die twee met elkaar kan verbinden. Dus de verhalen van mensen, mijn eigen verhalen, de verhalen van collega's die wat willen vanuit hun expertise, ja, hoe je die allemaal bij elkaar brengt. Ik heb kortgeleden een ook een blog hierover geschreven, een blog tussen de overeenkomsten van mijzelf als boswachter, wat ik en vrij tijd doe, en omgevingsmanager. Daarin heb ik die vier overeenkomsten bij elkaar gebracht. Dus ja, met het vertellen over je omgeving met passie, het beste voor een plan maken, een mooi plan maken, geloof ik oprecht, door het toepassen van omgevingsmanagement, dat je ook een mooier plan krijgt. Het is dus niet alleen maar het plan uitleggen en informeren, nee, ik geloof echt oprecht dat de plannen beter worden. Ik ben iemand die graag de verbinding opzoekt, iemand die makkelijk praat en ja, dat is ook op zich een handig competentie als omgevingsmanager. Ik vind ook heel fijn om altijd in de gaten te houden wat er speelt in het gebied. Ik noem dat de ogen en de oren van het gebied. Om weer even die boswachter aan te halen, daarin doe je dat ook. Je bent spits op wat je ziet en hoort en je probeert dat een plek te geven in je plan of project.

Carlijn: En je hebt ervaring bij twee verschillende gemeenten onder andere, bij Hilversum en de gemeente Leiden. Maar kun je daar een voorbeeld van geven hoe jij dan als ogen en oren van je werkt functioneert?

Bart: Ja zeker, dat kan ik Carlijn. Dan moet ik gaan kiezen tussen Leiden en Hilversum. Misschien wel goed om even een aanloopje nemen. Nou, laat ik dan toch even een paar stapjes terug doen. Ik doe dit vak nu een kleine tien jaar zo'n beetje en het is er met de paplepel ingegoten bij Rijkswaterstaat. Wel goed om even aan te stippen dat je volgens het IPM model, het integraal project management model, werkt aan projecten, dus dat je integrale projecten oppakt. En die benadering zorgt ervoor dat je dat vervolgens ook meeneemt in je rugzakje naar andere opdrachten en projecten. Nou, nadien heb ik bijvoorbeeld bij de provincie van Noord-Holland gewerkt ook, daar zit ik nog steeds ook aan een hele gave opdracht. Maar ook dus bij gemeenten. Gemeente Leiden afgelopen vier jaar en nu sinds een een jaar zo'n beetje in Hilversum. Ja jij vroeg mij: Goh, hoe doe ik dat dan in die bij die gemeenten? Nou, bij de gemeente is het ook een nieuw vak eigenlijk hè. De grote gemeenten Amsterdam, Utrecht, Den Haag en Rotterdam, de grote vier zal ik maar zeggen, daar heb je het omgevingsmanagement wel, ook de rol als omgevingsmanager, maar bij gemeenten is het natuurlijk echt nieuw. Dus je hebt ook wat parochie werk te verrichten, dus ik begin eigenlijk al uit te leggen wat je doet binnen, bij je collega's, en je zoekt daar al de verbinding op en je probeert daar te vertellen wat jouw rol en bijdrage is in het project. En vervolgens moet je dat dus ook buiten gaan doen. Met buiten bedoel ik de omgeving. Ja, je bent omgevingsmanager maar je kan niet de omgeving managen. Maar je kan wel luisteren naar de mensen buiten en en die verhalen aan elkaar knopen. Om dan toch even eerst naar Leiden te gaan: daar heb ik gewerkt aan de Leidse Ring Noord, een groot infrastructuur project, wat ook al heel lang liep toen ik instapte bij het project. En we hebben eigenlijk eerst ervoor gezorgd dat we het volgende stapje richting een raadsbesluit konden nemen en dat we vooral eerst vertrouwen terug konden krijgen bij de bewoners. Dus zonder de kaders, de uitgangspunten van een project, helemaal dicht te timmeren, naar die mensen terug te gaan, te luisteren, waar hun belangen zitten en hoe je dat een plek kan geven in het project. Dat heeft voor heel veel vertrouwen gezorgd om de volgende stap te kunnen zetten. Daar zie je al één van de vier dingen die ik al eerder in het gesprek noemde, dat ik die daar heb geprobeerd een plek te geven. En dat is in the end gelukt. Het heeft veel energie gekost, maar wel energie waar je uiteindelijk veel voldoening uit haalt.

Carlijn: En je vertelde dat er dan een nieuwe rol is binnen die gemeente. Stuit het dan op weerstand? Want soms is wel zichtbaar dat het tijd kost en soms ook dat het geld kost, maar de baten zijn niet altijd heel duidelijk aan te wijzen. Heb jij dat ook zo ervaren? Of ja, hoe heb jij dat ervaren?

Bart: Ja, leuke vraag Carlijn. Je ziet inderdaad dat je dat goed moet uitleggen wat toevoegde waarde is. Je zoekt daar naar met elkaar en met elkaar bedoel ik enerzijds dat je naast een projectmanager zit, dus je zoekt met hem van: Goh, hoe kunnen we dat nou doen? Hoe kunnen bijvoorbeeld complementair aan elkaar zijn of juist vervangend? Dat zag ik bijvoorbeeld bij de gemeente Leiden, waarin we elkaar wel konden vervangen. Dus in die zin lijkt de rol ook wel vaak natuurlijk op de projectmanagement rol, dus veel dezelfde competenties.

Carlijn: Want hebben ze daar ook IPM werken of niet binnen de gemeente Leiden?

Bart: In Leiden was dat daar wel de opzet. Uiteindelijk hebben we dat wel een beetje verlaten in het project, maar we zijn wel op die manier gestart als IPM team. En in tegenstelling tot bijvoorbeeld bij een project zoals bij Rijkswaterstaat of de provincie, waar je dan ook een technisch projectmanager hebt, heb je in de gemeente te maken met iemand die werkt bij het ingenieursbureau of een team voorbereiding en uitvoering. Daar zitten dan de ingenieurs, dus dat is dan de verbindingsofficier naar die afdeling, zo noem ik dat altijd maar. In Hilversum val ik onder de programmamanager en werk ik samen met weer een aantal verschillende projectmanagers, dus daar is die rol heel anders en daar heb ik veel meer een adviserende rol. Dus ik probeer in het project de belangen uit de omgeving een plek te geven in het project en de omgeving kansen en de omgevingsrisico's naar voren te brengen.

Carlijn: En kan je een leuk voorbeeld geven van omgevingskans of omgevingsrisico die je dan ziet bij een project in Hilversum?

Bart: Ja, uiteraard. Bijvoorbeeld in Hilversum: heel toevallig deze week heeft het college de uitvoeringsnota voor het stationsgebied vastgesteld, want daar hebben we het in Hilversum over, over stationsgebied en ontwikkeling daar. Een grote ontwikkeling van ruim 300 woningen, een grote ondergrondse fietsenstalling, een gloednieuw busstation met elektrische bussen en een flinke opknapbeurt voor de hele openbare ruimte. Achterliggend doel van het hele plan is om meer woningen te realiseren, maar ook vooral om het centrum te verbinden met het station. De grote ondergrondse fietsenstalling heeft straks een capaciteit van 5000 fietsen en die lag eerst op een onhandige plek, vooral de inrit van die fietsstalling. Gedurende het proces is die inrit op een andere plek gekomen die best wel een impact heeft op bewoners en ondernemers, en toen heb ik de projectleider daarvan geadviseerd. Nou, laten we dat ook heel snel kenbaar maken aan de bewoners, ondernemers, maar ook aan de belangenorganisaties zoals een fietsersbond, maar ook organisaties die wat vinden over de toegankelijkheid en bereikbaarheid. Dus daar hebben we dat goed doorlopen en daar is uiteindelijk ook draagvlak voor het nieuwe voorstel en de nieuwe ligging.

Carlijn: Ja, mooi. Mijn ervaring is eigenlijk dat mensen vaak heel veel wel begrijpen, als ze maar wel weten waarom het is, wanneer dat gaat gebeuren, hoe lang het gaat duren. Nou, dat is dan meer in termen van overlast, maar als het gaat om de planvormingsfase, als mensen er goed in meegenomen worden en het gevoel hebben dat hun belangen ook echt zijn meegewogen in proces, dan begrijpen ze eigenlijk heel veel. Maar wat jij nu beschrijft is inderdaad, denk ik, wel een heel mooi voorbeeld. Inderdaad, dat je bij wijzigingen dan wel daar alle belanghebbende goed in meeneemt.

Bart: Zeker, wat je zegt, het proces goed schetsen en de verwachtingen. Mensen zijn een beetje dooddoeners maar het is echt zo. We hadden deze week ook een overleg met de bewoners en de ondernemers. We gaan nu binnenkort een hele grote voormalige kelder van een gebouw slopen, die hadden we eerder nog niet gesloopt, maar dat gaan we nu echt doen. Nou, dat gaat inderdaad hinder in de omgeving opleveren, maar puur het uitleggen waarom we dat nu gaan doen, wanneer we dat gaan doen, hoe we dat gaan doen, maar ook wat we niet gaan doen, ja, dat geeft heel veel begrip voor de plannen die je hebt. En ja, zeker als je met een hele langdurige ontwikkeling bezig bent, zoals het stationsgebied, dat gaat tien jaar spelen, dan is dat ontiegelijk belangrijk om dat te blijven doen. Die informatievoorziening, uitleggen wat je gaat doen, wanneer, hoe? Etcetera.

Carlijn: En informatievoorziening dat schuurt natuurlijk best wel nauw tegen communicatie aan. We hebben wat vragen gehad via LinkedIn en een leuke vraag daarvan was bijvoorbeeld van: Goh, wat is nou het verschil tussen omgevingsmanagement en communicatie of communicatieadviseur? Wat is jouw beeld daarbij?

Bart: Ja, die verschillen zijn er wel degelijk, laat ik dan maar meteen met de deur in huis vallen. Dat zijn ook wel twee echt aparte rollen. En bij de meeste mensen waarmee je samenwerkt in de projecten daar merk je dat ook wel. Maar daar zit natuurlijk een overlap en de samenwerking die moet hartstikke goed zijn, waarbij de omgevingsmanager echt kijkt naar het stakeholderveld, de belangen analyse, de issue verkenning, dus welke onderwerpen spelen er van welke partijen? Welke belangen hebben zij bij een ontwikkeling? Dat zijn echt de taken die horen bij een omgevingsmanager. Conditionering ook, en daarbij zie je dus bijvoorbeeld dat dat bij een gemeente vaak weer ligt bij een team. Bij het voorbereiden van de uitvoering in het geval van Hilversum of bij het ingenieursbureau in Leiden. Zo heeft iedere gemeente hun eigen ingenieursafdeling.

Carlijn: Als ik die even mag vertalen: dus dan valt dat niet binnen jouw team als omgevingsmanager maar meer onder het team van een technisch manager bij de gemeente?

Bart: Ja, dat is mijn ervaring die ik heb. En ook bij collega's hier bij VINU die bijvoorbeeld in Rijswijk werken zie je dat ook. In Amsterdam is dat wel meer volgens bijvoorbeeld het IPM model ingericht en zie je wél dat conditionering echt bij de omgevingsmanager ligt. Maar je ziet bij de middelgrote gemeente of de gemeenten waarin het vak nog nog niet helemaal tot in de haarvaten van de organisatie is doorkomen dat dat dan nog niet echt bij de omgevingsmanager ligt. Dus daar zit echt verschil in. Maar ook voorbeeld van kabels en leidingen, wat ook vaak een als activiteit in het mandje zit van de omgevingsmanager, zit dat ook bij die andere afdelingen waar ik al eerder over sprak. En dan vanuit communicatie: ik vind dat het heel belangrijk is om goed samen te werken met je communicatieadviseur je bedenkt samen in principe die strategie en de echte operationele en tactische uitvoering daarvan ligt bij de communicatieadviseurs. Ook welke middelen je inzet, op welk moment je die middelen inzet, het aanleveren van een nieuwsitem of een bericht in verschillende media. Ja, dat doe je ook samen en ook met de projectleider erbij. Dus je werkt daar echt veel in samen.

Carlijn: Echt integraal.

Bart: Echt integraal.

Carlijn: Nou, ik zei al een beetje van tevoren, maar ik hou ook altijd van de juicy verhalen. Heb je een leuk verhaal van een bewoner of een belangenorganisatie waar jij als omgevingsmanager zelf nog wat van hebt geleerd of die een nieuw inzicht heeft gegeven in het vak?

Bart: Ja, leuke vraag, opnieuw. Ik zoek even naar welke ik er dan uit ga pikken, want in ieder project kom je de juicy verhalen tegen. Ik zit nog niet zo lang in Hilversum dat ik ze daar echt ook kan optekenen nu al, die verhalen. In Leiden hadden we een vrij actieve werkgroep voor een bepaald onderdeel van de Leidse ring, die ontiegelijke dossierkennis hadden en alles bijhielden.

Carlijn: En mag ik vragen: waren ze pensioengerechtigd?

Bart: Ze waren zeker pensioengerechtigd, dat noemen we wel eens de grijze maffia en die hebben ontiegelijk veel tijd ook inderdaad. Maar ik vind het juist heel gaaf om te zien welk enthousiasme zij stoppen in het project. En als dat constructief is en op basis van vertrouwen werkt, dan kan ik daar weer van leren. Want als je dan vraagt wat het leerpunt is, dan is het dat zij dat heel goed bij hielden. Het hele project en het hele dossier, en dat zij weten van toen gebeurde dit en toen gebeurde dat. Dat is wel iets, niet ontzettend juicy, maar wel iets waarvan ik heb geleerd, ja.

Carlijn: Maar ja, dat zie ik ook wel vaker in projecten. Dat vanuit de projectorganisatie er wel wisselingen zijn in de BAG, maar bewoners, die blijven gewoon altijd constant. Ja, inderdaad, soms hebben die gewoon meer dossierkennis nog dan jij als je net aan komt zetten.

Bart: Ja, zeker weten.

Carlijn: Ik gebruik ze eigenlijk ook vaak. Net moesten we er een beetje om lachen. Maar op het moment dat je die mensen aan boord hebt en dat die begrip tonen dan kunnen ze je ook weer helpen. Zij hebben bijvoorbeeld ook een achterban. Dat vind ik dan weer prettig, bijvoorbeeld als zij hun achterban ook informeren over dingen waar we samen goed instaan. Ja, dat kan je wel verder helpen in je werk.

Bart: Jazeker.

Carlijn: Ja, nou nog een juicy verhaal trouwens. Ik had vandaag een klacht van een meneer, die had een een kerstbomenasiel. Nou, daar had ik echt nog nooit van gehoord!

Bart: Een kerstbomen asiel?

Carlijn: Dat vond ik heel grappig. Maar ja, die klaagde over de waterkwaliteit. Maar hé, we komen eigenlijk alweer bijna aan het einde van de podcast. Ik vind het leuk om andere mensen te inspireren en ik ben benieuwd: heb jij nog een tips voor collega omgevingsmanagers?

Bart: Tips voor collega omgevingsmanagers.. Ja, de tip is: Zoek elkaar op, verken met elkaar wat de bijdrage van een vernieuwende andere rol in het project kan zijn. Ik moet heel vaak uitleggen wat ik doe en dat geeft ook de kans om het vak onder de aandacht te brengen. Maar mijn tip is ook om dat gesprek met elkaar aan te gaan. Ga met je collega's in gesprek en ja spread the word zou ik zeggen.

Carlijn: Ja, dus dan bedoel je niet zozeer de collega omgevingsmanagers als wel de gemeentelijke collega's voor wie het vak eigenlijk nog heel nieuw is.

Bart: Ja, precies ja.

Carlijn: Mooie tip! Dankjewel voor je tijd, Bart. Ik vond het leuk om met je te spreken!

Bart: Ik ook. Dank je voor dit mooie gesprek en deze mogelijkheid.

Carlijn: Bedankt voor luisteren en graag tot de volgende keer.